Vanaf de besneeuwde bergtoppen daalden we af naar Loveland, waar we ontbeten en opnieuw de voorraad aanvulden. Daarna staken we de Great Plains over, honderden kilometers lang. Een heel ander landschap, glooiend en weids.
Als afwisseling stopten we bij Scottsbluff National Monument, een markante rotsformatie in het prairie landschap waar de vroegere kolonisten en Mormonen langs kwamen op hun trek naar het westen. Een dreigende onweersbui joeg ons weer de weg op, waar we nog verrast werden door een flinke hagelbui.
In het Wind Cave National Park zaten tientallen prairiehonden vlak naast de weg, schattige beestjes. In Custer, aan de rand van het gelijknamige State Park konden we de camper onder de hoge dennen plaatsen op Big Pine Campgound. Het was al laat, maar de snel bereide Mac-Cheese bij zonsondergang smaakte prima.
